Kadasternummer 435

Notariële acte nr. 491 van 16 augustus 1837: compareerde bij notaris Adriaan van de Werk, Willem Matthee, timmerman en Johannes Matthee, kleermaker, schuldig aan Johannes van Kaam, winkelier te Zevenbergen drie honderd gulden rente 5% per 15 october, aflossing per 15 october 1837 of later met wederzijdse opzegging van 3 maanden met verbinding en gehypothekeerd: een huizinge zuidzijde Haven, belend oost de weduwe Hendrik Boogaarts en de weduwe Cornelis Boogaarts, west Adriaan van Gageldonk, noord de havenkant en Zuid de erven Adriaan van Boxel, sectienummer 435. Getuigen Adrianus van Osta, koperslager en Frans Kemmijser (?), mandemaker. Johannes Matthee kan niet schrijven.

De broers Matthee kopen het huis dus van Jan van Kaam, zie ook het testament van Johanna Bogaarts-Markus uit 1835 onder perceel nr. 436.

BR 1826-1840: op 85 Pieternella Boermans, weduwe, komend van Noordhaven nr. 231, haar zoon Willem Matthee, geh. met Elisabeth van Hoof, komend van Molenstraat nr. 52, haar zoon Johannes Cornelis Matthee, komend van nr. 231, Hendrina Verheijen, weduwe en particuliere, geb. 1788, komend van nr. 231.

25-06-1838. Wordt geboren op dit adres Pieternella Matthee, dv Willem Matthee en Elisabeth van Hoof. Daarna verhuist dit gezin naar Zuidhaven nr.144, perceel 477.

06-05-1838. Huwt Johannes Matthee met Dingena Nouwens. Dingena komt van Zuidhaven nr. 162.

BR 1840-1850: op Zuidhaven 99 wonen weduwe Petronella Matthee-Boermans en gezin Johannes Cornelis Matthee-Dingena Nouwens met kinderen: Hendrica, Hubertus, Pieter, Cornelia, Pieternella, Willemyna, Cornelis.

BR 1850-1860: op 99 woont het gezin J.C. Matthee met diverse knechts.

1854. Bij aangifte overlijden in 1854 van Petronella Boermans is o.a. getuige Pieter van Engelen, 28 jaar, schoenmaker, gebuur.

BR 1860-1870: op 179 wonen vader en moeder Johannes Cornelis Matthee-Dingena Nouwens en de kinderen Hubertus kleermaker, Pieter pettenmaker, Cornelis, Johannes koperslager, vertrekt 28 april 1868 naar Oudenbosch, 17 dec. 1869 van Roosendaal, 18 mei 1874 naar Roosendaal, Jacobus, Cornelia, Pieternella, Johanna. De knechts W. van Rosmeulen, Johannes Lips.

BR 1884-1894: op 273 Hubertus Matthee, zijn vrouw Anna Kops, 9 kinderen en Johanna Matthee, zuster van Hubertus, die op 14-1-1887 naar Zwaluwe vertrekt.

BR 1894-1912: op adres 301 woont familie Matthee-Kops

1910. weduwe Matthee-Kops verhuist met gezin van A301 naar Markt 335.

1912-1914: G.N. Nelemans woont in huis A301. Is dit de (jonge) bierbrouwer of zijn vader? Zie ook Noordhaven perceel 186.

31-5-1914. Vanaf deze datum woont Jan Matthee-Willemse in huis A322. Inwonend schoonvader Jacobus Willemse, komend uit Breda op 23-11-1914, overlijdt op 22-04-1917. Het gezin Jan Matthee verhuist in 1919 naar Noordhaven 505.

09-05-1923. George Matthee, kapper, komt op deze datum met zijn vrouw Johanna Schouten van Utrecht naar huis A322. George verhuist naar het ouderlijk huis op de Markt nr. 335 en Gerrit Matthee komt van de Markt naar de Zuidhaven 322, later nrs. 59/53/83

1973. Gerrit Matthee, kapper/kleermaker, blijft in het huis wonen tot zijn dood in 1973.

1989. Dochter Annie heeft tot 1989 er een winkel in handwerkartikelen en stomerij Heldra.

In 2001 is bij sommige echte Zevenbergenaren nog bekend dat in dit pand, nr. 83, kapper 'oude Huub' heeft gezeten.

Bron: Paul van Gool 1999